Mensen die tijdens hun werk een beroepsziekte hebben opgelopen door contact met gevaarlijke stoffen, hebben sinds 1 januari 2023 recht op een financiële vergoeding. Dat is geregeld in de Regeling tegemoetkoming stoffengerelateerde beroepsziekten (TSB). Wat houdt de regeling precies in? Voor wie geldt de regeling? Hoe hoog is de vergoeding en hoe kan het worden aangevraagd? We zetten de belangrijkste vragen en antwoorden voor u op een rij in dit artikel.
Dit zijn ziekten die ontstaan doordat mensen op hun werkplek in contact komen met gevaarlijke stoffen. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om longkanker door asbest of om allergische beroepsastma. Deze vorm van astma is het gevolg van blootstelling aan één of meerdere (gevaarlijke) stoffen in de werkomgeving. Ook chronic solvent-induced encephalopathy (CSE), ook wel bekend als de schildersziekte, is een beroepsziekte. Deze aandoening aan het centrale zenuwstelsel ontstaat doordat mensen (te) lang worden blootgesteld aan oplosmiddelen.
Bent u ziek door asbest? Maar valt uw ziekte niet onder de TSB-regeling? Dan kunt u mogelijk een vergoeding krijgen via de Asbestregeling.
Vanaf 1 januari 2023 kunnen mensen die tijdens hun werk een beroepsziekte hebben opgelopen door contact met gevaarlijke stoffen een financiële vergoeding aanvragen via deze regeling. De regeling geldt om te beginnen voor de drie genoemde beroepsziekten: longkanker door asbest, beroepsastma en CSE. Over deze drie beroepsziekten is namelijk al veel bekend, waardoor de regeling goed uit te voeren is. De komende jaren worden meer beroepsziekten door gevaarlijke stoffen toegevoegd aan deze lijst. Een speciale commissie gaat de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid hierover adviseren.
De regeling is bedoeld voor (voormalig) medewerkers en zzp’ers die ziek zijn geworden doordat ze tijdens hun werk in contact zijn gekomen met gevaarlijke stoffen. Het gaat om een eenmalige vergoeding. De regeling geldt niet voor mensen die al eerder een aanvraag deden voor de TAS-, TNS- of CSE-regeling.
Om gebruik te kunnen maken van de vergoeding, moet iemand:
Bekijk alle voorwaarden om gebruik te kunnen maken van de vergoeding.
Een schadevergoeding aanvragen kan op verschillende manieren. Normaal gesproken gebeurt dit via de voormalige werkgever of opdrachtgever. Maar mensen kunnen vanaf 1 januari 2023 ook zelf een aanvraag indienen bij het Instituut voor Slachtoffers Beroepsziekten door Gevaarlijke Stoffen (ISGB). Het ISGB voert de regeling uit, samen met Lexces (het landelijk expertisecentrum stoffengerelateerde beroepsziekten) en de Sociale Verzekeringsbank (SVB).
Het ISGB begeleidt de aanvraag nadat deze is ingediend. Medewerkers van het ISGB nemen contact op met de aanvrager en vragen advies op bij medisch experts. Op basis van alle informatie bepaalt het ISGB of iemand aan de voorwaarden voldoet en geeft hierover advies aan de SVB. De SVB beoordeelt de aanvraag en laat de aanvrager per brief weten of hij of zij recht heeft op een vergoeding.
Wanneer de aanvrager overlijdt voor het moment dat er een beslissing is genomen over een aanvraag, hebben nabestaanden automatisch recht op de eventuele vergoeding.
Mensen die aan de voorwaarden voldoen, krijgen een eenmalige vergoeding van € 22.839. Dit bedrag geldt voor 2023 en wordt jaarlijks aangepast, afhankelijk van de inflatie. De schadevergoeding die mensen eventueel al van hun (voormalige) werkgever of opdrachtgever hebben ontvangen, wordt hier vanaf gehaald. Wanneer iemand, na het ontvangen van de vergoeding van de SVB, nog een vergoeding krijgt van zijn of haar werkgever of opdrachtgever, moet dit zo snel mogelijk worden gemeld bij de SVB. Mogelijk moet (een deel van) de vergoeding worden terugbetaald.
Over de vergoeding hoeft de ontvanger geen belasting te betalen. De overheid telt deze ook niet mee als vermogen in de beoordeling bij de aanvraag van toeslagen. Denk hierbij bijvoorbeeld huur- of zorgtoeslag. Een aandachtspunt is dat mensen bij het aanvragen van deze toeslagen zelf moeten aangeven dat er sprake is van ‘bijzonder vermogen’.
