Maatregelen om achterstanden WIA-keuring te verminderen
UWV heeft achterstanden bij de WIA-keuringen. Dat komt door een tekort aan verzekeringsartsen. Om de achterstanden te verminderen neemt demissionair minister Karien van Gennip (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) maatregelen. Zo wordt vanaf 1 juli 2024 bij WIA-keuringen alleen gekeken naar wat iemand op dat moment verdient. Ook wordt de vereenvoudigde WIA-keuring voor 60-plussers verlengd tot en met 31 december 2024. Verder wordt het vaststellen van het dagloon (gemiddelde loon per dag) voor de WIA bij ziekmelding vanuit de Werkloosheidswet (WW) aangepast. In dit artikel leggen we uit wat dit voor uw klanten en hun medewerkers betekent.
Wat is de WIA?
Als een medewerker van uw klant langdurig ziek is, krijgt hij of zij na twee jaar arbeidsongeschiktheid te maken met de WIA. WIA staat voor 'Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen'. Een WIA-uitkering is een tijdelijk financieel vangnet voor mensen die door langdurige ziekte niet meer (volledig) kunnen werken. Er zijn twee verschillende WIA-uitkeringen:
- De WGA-uitkering, waarbij WGA staat voor 'Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten'. Een medewerker krijgt een WGA-uitkering als hij of zij twee jaar of langer ziek is, meer dan 35% arbeidsongeschikt is en (in de toekomst, eventueel deels) weer kan werken;
- De IVA-uitkering, waarbij IVA staat voor 'Inkomensvoorziening Volledig Arbeidsongeschikten'. Een medewerker krijgt een IVA-uitkering als hij of zij niet of nauwelijks kan werken en er maar een kleine kans is op herstel.
WIA-keuring door UWV
Aan het einde van het tweede ziektejaar voert UWV een WIA-keuring uit. UWV kijkt hierbij onder andere of uw klant genoeg heeft gedaan voor de re-integratie van de medewerker. De keuring wordt gedaan door een verzekeringsarts en een arbeidskundige. De arts beoordeelt de arbeidsbeperkingen van de medewerker en kijkt of de problemen tijdelijk of blijvend zijn. De arbeidsdeskundige bepaalt welk soort werk de medewerker nog wél kan doen. Ook kijkt de arbeidsdeskundige hoeveel de medewerker nu verdient, en wordt geschat hoeveel de medewerker zou kunnen verdienen. De uitkomsten bepalen of de zieke medewerker een WIA-uitkering krijgt en hoe hoog die is.
Maatregelen om de achterstanden bij WIA-keuringen te verminderen
Om de achterstanden bij de WIA-keuringen te verminderen heeft de minister de volgende maatregelen genomen.
1. UWV gaat alleen kijken naar wat de medewerker nu verdient
Vanaf 1 juli 2024 gaat UWV tijdelijk alleen kijken naar wat iemand op dat moment verdient. Er wordt niet meer gekeken naar wat iemand zou kunnen verdienen. Dat betekent dat er alleen gekeken wordt naar het werk wat de medewerker op dit moment doet. De verzekeringsarts hoeft dan niet de volledige belastbaarheid te onderzoeken en er wordt niet gekeken of de beperkingen tijdelijk of blijvend zijn. Deze maatregel geldt alleen voor medewerkers die nu nog (voor een deel) werken. Deze regeling start op 1 juli volgend jaar en duurt drie jaar.
2. Eenvoudige WIA-keuring van zestigplussers wordt verlengd
Uw klant en zijn of haar medewerker van zestig jaar of ouder kunnen sinds 1 oktober 2022 samen kiezen voor een eenvoudige WIA-keuring. Deze vrijwillige maatregel wordt verlengd. Als uw klant en zijn of haar medewerker voor deze maatregel kiezen, voert de arbeidsdeskundige van UWV de beoordeling van arbeidsongeschiktheid uit zonder de verzekeringsarts. Alleen als de medewerker volledig arbeidsongeschiktheid is, moet een verzekeringsarts kijken naar de arbeidsbeperkingen.
De WIA-uitkering die de zestigplusser krijgt, heeft geen invloed op de premie die uw klant betaalt voor de Werkhervattingskas. Ook het eigenrisico vervalt. Dat betekent dat als uw klant niet verzekerd is voor de WGA hij of zij de uitkering niet zelf hoeft te betalen. Als de medewerker van uw klant nog wel kan werken dan blijft re-integratie verplicht. Uw klant en de medewerker kunnen tot en met 31 december 2024 samen voor deze regeling kiezen als de medewerker 104 weken ziek is.
3. Verandering dagloonvaststelling in de WIA bij ziekmelding vanuit de WW
De hoogte van de WIA-uitkering wordt vastgesteld op basis van het inkomen uit het verleden. Dat is het dagloon. Voor mensen die een WW-uitkering ontvangen in het jaar voorafgaand aan de ziekte (de 'WIA referteperiode'), is dat dagloon lager. Dat komt omdat de WW-uitkering met 1 maand vertraging wordt uitbetaald. Dat kan betekenen dat de medewerker een maand geen salaris ontvangt. Dat wordt een loonloos tijdvak genoemd.
Het lagere dagloon kan van invloed zijn op de hoogte van de WIA-uitkering. Om dit probleem op te lossen, wil UWV het WW-dagloon gebruiken om de hoogte van de WIA-uitkering te bepalen. Deze maatregel moet in 2024 worden ingevoerd en geldt alleen voor medewerkers die zich ziekmelden met een WW-uitkering.
Medewerkers moeten gemiddeld 21 weken wachten op een WIA-keuring. In die tijd is niet duidelijk of er een no-riskpolis geldt. Deze maakt het werkgevers makkelijker om mensen met een ziekte of handicap in dienst te nemen. Wordt een medewerker met een no-riskpolis ziek? Dan ontvangt uw klant een Ziektewet-uitkering en kan hij of zij het loon doorbetalen. Een no-riskpolis voorkomt ook dat uw klant hogere premies moet betalen voor de Ziektewet en de WIA-uitkering.
Om te zorgen dat de medewerker weer snel kan werken, en waarbij de nieuwe werkgever geen risico’s loopt, kan de medewerker een maatwerk no-riskpolis aanvragen. De medewerker kan daarvoor bellen met de werknemerstelefoon van UWV. UWV beoordeelt of de medewerker een maatwerk no-riskpolis krijgt. De medewerker kan de maatwerk no-riskpolis aanvragen als hij of zij:
- Op de eerste dag na afloop van de wachttijd voor de WIA niet meer aan het werk kan bij de oude werkgever, én ook niet meer zijn oude werk kan doen;
- Elf weken voor de eerste dag na afloop van de wachttijd niet in dienst was bij een andere werkgever. Dat geldt niet als die baan al bestond op de eerste dag van de wachttijd.
UWV onderzoekt of de aanvraag voor een maatwerk no-riskpolis makkelijker kan.
Aan deze informatie kunnen geen rechten worden ontleend. Ondanks dat deze informatie met de grootste zorg is samengesteld, kan het gebeuren dat bepaalde informatie niet meer actueel is.
Ook interessant voor u:
-
WIA-aanvragen 60-plussers sneller afgehandeld
Heeft uw klant te maken met zieke medewerkers van 60 jaar en ouder die een WIA-uitkering aanvragen? Dan hoeven zij tijdelijk niet meer op gesprek bij de arts van UWV. Deze maatregel is tijdelijk en duurt tot 1 januari 2024.nieuws -
Achterstanden bij UWV op WIA-beoordelingen: no-risk nu zonder WIA-beslissing mogelijk
Neemt uw klant iemand met een arbeidsbeperking in dienst, dan heeft uw klant mogelijk recht op een no-riskpolis. Waar werkgevers voorheen pas recht hadden op een no-risk als de WIA-beslissing (WIA-beschikking) binnen was, is dit nu al eerder mogelijk. In dit artikel leggen we uit wat de no-riskpolis is, wie hier recht op hebben en wanneer een no-risk zonder WIA-beslissing mogelijk is.Nieuws -
De WIA-aanvraag: wat is de rol van de werkgever?
Als een medewerker bijna twee jaar ziek is, kan hij of zij een WIA-uitkering aanvragen. Een medewerker kan aan de werkgever vragen om een aantal van deze documenten aan te leveren bij UWV. Wat is de rol van de werkgever bij het aanvragen van een WIA-uitkering?Kennisbank